Met deze vraag begin ik vaak een Groene Takken workshop. Menig gezicht begint dan direct te verschrompelen, terwijl ik de hersens hoor kraken. De meeste deelnemers hebben alle termen een keer gehoord, maar kunnen ze niet onderscheiden. Het is ook bepaald geen dagelijkse gespreksstof, dus zo heel vreemd is dat niet. Ik kende de verschillen ook niet in het begin van mijn Groene Takken-loopbaan.
Schimmel
Eigenlijk gaat het hele Eetbaar Hout-verhaal over schimmels. Een schimmel, ofwel zwam, is een micro-organisme met een complexe cellenstructuur die groeit in de vorm van hyphae, ook wel bekend als schimmeldraden. Ze maken geen suikers zoals groene planten dat doen met behulp van zonlicht, maar door het afbreken van organisch materiaal en dit op te nemen. Of door het te ruilen met bomen en planten. Alle schimmels of zwammen zijn fungi. Als we het hebben over de schimmel of zwam, dan bedoelen we zowel het bovengrondse als het ondergrondse gedeelte.
Paddenstoel
Een paddenstoel is het bovengrondse vruchtlichaam van de zwam. Ik gebruik de term ‘bloem’ van een plant als beeldende vergelijking (alhoewel dat wetenschappelijk niet klopt). Een paddenstoel is een soort fabriek die zorgt voor de volgende generatie. Miljoenen sporen worden gemaakt in de buisjes of lamellen en worden verspreid door wind of dieren.
Mycelium
Denk aan een netwerk van schoenveters, in de grond of onder boomschors. Dat is het mycelium van een schimmel, ook bekend als zwamvlok. Het mycelium zorgt voor de opname van water en nutriënten. De buitenkant van de buisjes zijn supersterk, wat handig is als je door alles heen moet groeien. Mycelium is meestal onzichtbaar omdat het o.a. onder de grond of in hout te vinden is. Wanneer de schimmel eraan toe is, wordt de paddenstoel uit het mycelium gevormd.